Middeleeuwen: Monniken

Monniken

Het woord monnik komt van het Griekse woord Monachos. Dit betekent ook wel eenzaam. Dat past wel weer een beetje bij een monnik. Een monnik woont natuurlijk in een klooster en heeft daarom geen vrouw en kinderen. Klooster komt van het Latijnse woord clusea. Dat betekent afgesloten ruimte. Een monnik leeft voor het geloof. Monniken leven in een klooster en hebben hier een speciaal dagritme. De kerk was in de Middeleeuwen voor veel mensen heel belangrijk. Er waren in een stad dan ook veel kerken te vinden.
De kleding van de monnik is een lange pij met daaraan een monnikskap. Dit deden ze, omdat ze er allemaal op dezelfde manier uit wilden zien.

Als je nu dus het klooster in zou gaan dan werd je dus als jongen een Monnik en als meisje een non. Stel je eens voor dat je samen met alle meisjes van je klas in het klooster zou zitten of met alle jongens. Jullie zouden dan allemaal Nonnen en Monniken zijn. Je leven was dan heel anders dan nu. Je moest je aan strenge regels houden. Om je een goed beeld bij het leven van Monniken en Nonnen te kunnen geven heb ik hieronder allemaal opdrachten geplaatst.

Opdrachten

Opdrachten voor iedereen:

Maak alle onderstaande vragen.

Schrijf op waar je aan denkt bij het onderwerp Monniken.

Gebruik voor het beantwoorden van de onderstaande vragen de links met informatie over Monniken.

Het klooster had nog meer functies dan alleen het woonhuis van Monniken. Waar voor was het klooster er nog meer?

Welke vijf delen van het klooster zijn het belangrijkst voor de Monniken?

Veel kloosters hadden een grote tuin.

Wat groeide er vooral in deze tuinen en waarom?

Lees het verhaal op deze site:

http://www.klap.net/religies/christendom/kloosters/876ssst.html

Er zijn ook een aantal belangrijke namen uit het klooster.

Beschrijf wat de onderstaande woorden betekenen en maak met deze woorden een zin.
      5.       Wat zijn paramenten?
      6.       Wat zijn Trappistinnen?
     7.       Wat zijn novicen?

keuze opdrachten

Kies een van deze opdrachten uit die je wilt gaan uitwerken. Gebruik hiervoor wat je hebt geleerd bij het beantwoorden van de bovenstaande vragen.

Monniken schreven boeken over op perkament. De hoofdletters aan het begin kregen hele mooie versieringen. Teken zelf alle letters van het alfabet en maak hier een mooie versiering aan vast.